Jaarverslag Wonen-Vlaanderen geeft enkele interessante cijfers weer
Uit het recente jaarverslag van het agentschap Wonen-Vlaanderen van 2020 vinden we onder andere enkele interessante cijfers terug rond het aantal uitgekeerde tegemoetkomingen, uitgevoerde controles en een stand van zaken rond de woningkwaliteit in Vlaanderen.
Vorig jaar werden 4.258 huurwaarborgleningen toegekend door het Vlaams Woningfonds. Deze huurwaarborglening werd ingevoerd nadat, bij de inwerkingtreding van het Vlaams Woninghuurdecreet, de maximale huurwaarborg van twee naar drie maanden ging. De gemiddelde huurwaarborglening bedroeg 1.573 euro. Het aantal toegekende leningen is in 2020 gestegen met 866.
Eigenaars die een hypothecaire lening hebben lopen voor het kopen, bouwen of verbouwen van hun woning, kunnen zich met de verzekering gewaarborgd wonen van de Vlaamse overheid kosteloos verzekeren tegen inkomensverlies door plotse werkloosheid of arbeidsongeschiktheid. Voorwaarde is wel dat de woning een bepaalde verkoopwaarde niet overschrijdt. In 2020 waren er 11.643 aanvragen voor deze verzekering. 10.314 aanvragen werden uiteindelijk verzekerd. De corona-impact kon op het moment van de opmaak het verslag nog niet worden gevat.
Wat de premies betreft werden er afgelopen jaar 21.193 aanvragen ingediend voor de overkoepelende renovatiepremie en 1.186 voor de uitdovende renovatiepremie. De overkoepelende renovatiepremie telde ongeveer 1.000 aanvragen meer dan het jaar voordien, de uitdovende premie 3.000 minder. In 2020 werden 19.222 renovatiepremies uitbetaald, voor een bedrag van bijna 60 miljoen euro. De gemiddelde premie bedroeg 3.110 euro. In 52% van de toegekende aanvragen ging het om een premie voor buitenschrijnwerk, in 43% om dakwerken en in 27% om ruwbouwwerken.
In 2020 voerden de woningcontroleurs van Wonen-Vlaanderen 7.997 conformiteitsonderzoeken uit, een daling met 22% t.o.v. 2019, die opnieuw door de coronapandemie verklaard kan worden. Wonen-Vlaanderen mag alleen in welbepaalde gevallen conformiteitsonderzoeken opmaken. Het vaakst gebeurt dat na aanvraag van een tegemoetkoming in de huurprijs (huursubsidie) of in het kader van gerechtelijke procedures. Voor iets minder dan de helft van de in 2020 onderzochte woningen stelde de woningcontroleur geen ongeschiktheid en/of onbewoonbaarheid vast.